‘Ik val maar niet af, maar ik eet wel zo natuurlijk mogelijk hoor’, vertelde ze.
Ik dacht: ‘Dus vooral asbest, aardolie, plastic, opium, dodelijk giftige paddenstoelen en cocaïne’. Dat is immers allemaal heel natuurlijk.
De vriendelijke dame sprak ik tijdens een workshop over afvallen die ik gaf. Ik hoor overtuigingen als deze vaak. De trend is zo natuurlijk mogelijk eten.
Ondertussen is gebleken dat 50% van alle volwassen Nederlanders te zwaar is en kampt zelfs 100.000 mensen in ons land met morbide obesitas (Bron: CBS). Dat is een ernstige vorm van zwaarlijvigheid.
De onbekende oorzaak van overgewicht
De oorzaak van dat we te dik zijn, lijken wel bekend. We denken vooral aan:
1. De verleidingen in onze omgeving.
2. De fabrikanten die extra suiker in de producten doen.
3. Onze welvaart waardoor we minder zijn gaan bewegen.
En het klopt: dit zijn grofweg de belangrijkste drie oorzaken van overgewicht in ons land.
Vanaf vandaag wil ik er één oorzaak aan toevoegen: de onjuiste overtuigingen die we hebben over voeding. Met andere woorden: we overschatten onze kennis aan voeding. Het ‘zo veel mogelijk natuurlijk eten’ speelt daarin een voorname rol.
Afvallen door andere overtuigingen
Het zit in onze natuur om onze kennis die we hebben opgedaan te beschermen. We kunnen boos worden als onze kennis wordt aangevallen, ook al is de discussie erover legitiem.
Het is echter heel reëel dat we weleens informatie over voeding oppikken die onjuist is.
In mijn praktijk maak ik het dagelijks mee met klanten die zeggen: ‘ik neem nooit iets voor het slapen, want dan wordt het toch niet meer verteerd?’ Of: ‘ik neem kokosolie want dat is gezonder, toch?’
Het zijn overtuigingen die niet kloppen met de realiteit.
Het is aantoonbaar onjuist dat eten niet meer verteerd zou worden als je slaapt. Het wordt in rust zelfs beter verteerd dan als je beweegt.
Het is aantoonbaar onjuist dat kokosolie gezond zou zijn. Het is zelfs buitengewoon ongezond: je bloedvaten slibben er sneller door dicht waardoor je een grotere kans hebt op een hartaanval bijvoorbeeld. En er zitten zó veel calorieën in dat afvallen bijna onmogelijk wordt.
Het wordt ons ook niet makkelijk gemaakt
We lezen in bladen en op internet over voeding. ‘Wie de schrijver is van een artikel?’ Vraag ik wel eens als ik het hoor van een klant van me. ‘Oh geen idee’, is meestal het antwoord.
Of ik vraag: ‘waarom vind je dat zeezout gezonder is dan keukenzout?’ ‘Oh, weet ik niet, dat stond gewoon ergens’.
Dat het ‘gewoon ergens staat’, wil nog niet zeggen dat het juiste informatie is.
Een klant mailt me soms na een voedingsplan wel eens. ‘Hartstikke mooi voedingsplan hoor, Bob, maar het is totaal andere informatie dan wat ik gewend was’.
De eerste keer dat ik deze reactie kreeg, zat ik er behoorlijk mee in mijn maag. Ik dacht: ‘daar kan ik niets aan doen dat je andere info krijgt van anderen. Daar ben ik niet verantwoordelijk voor. Ik houd het bij de feiten. Recente, goede wetenschappelijke onderzoeken komen het dichtst bij de feiten omdat het daar met veel proefpersonen wordt getest en het onderzoek aan strenge eisen moet voldoen’. Dus mailde ik dat maar terug.
Wie zit erachter?
Vraag jezelf af: wie heeft het geschreven? Wat is de opleiding van deze persoon geweest? Hoe komt deze persoon aan zijn informatie? Uit een glossy? Van vriendinnen? Of heeft de persoon gedegen opleidingen gedaan erover?
En vraag jezelf af: heeft deze persoon baat bij de verkoop van de kokosolie die hij aanprijst? Alleen als de schrijver geen baat heeft bij de verkoop van welk product dan ook, dan kan hij onafhankelijk schrijven en advies geven. Dan is het pas een waardevol advies.
De term ‘voedingsdeskundige’ is niet beschermd. Iedereen mag zich dus voedingsdeskundige noemen.
De titel ‘diëtist’ is wel beschermd. Daarvoor is het vier jaar lang zweten en ploeteren om alles over voeding te leren van wetenschappelijke studieboeken, van docenten die hun sporen hebben verdiend en door ervaring op te doen via stages bij bedrijven en door een scriptie te schrijven over voeding waarbij elke letter die je schrijft wordt gecheckt door een strenge examencommissie (ja, de frustratie die u opmerkt klopt; er zitten wat trauma's bij me hier en daar...).
Eten uit de fabriek: dat kan toch nooit gezond zijn?!
Dit is ook een overtuiging die ik geregeld hoor. Maar waarom niet?
‘Uit de natuur is toch gewoon altijd beter dan wat ze in de fabriek maken?' Hmm, sterk argument...
Laten we kijken naar de feiten: 200 mensen in Nederland leven van alleen parenterale voeding. Dit is voor verteerde voedsel uit een zak. Het wordt rechtstreeks in de ader ingebracht. Ze hebben geen darmen meer om te verteren.
Zij zijn kerngezond en kunnen alles wat anderen ook kunnen: werken, sporten en verliefd worden.
Ook als je darmen goed werken, kun je uit een zak eten met alle voedingsstoffen erin die je op een dag nodig hebt. Er zijn bedrijven die deze chemische voeding verkopen via een poeder voor particulieren. Lekker simpel en voordelig. Het is alleen niet zo gezellig en romantisch meer om altijd uit een zak te eten…
Fabrieken zijn in staat om vitamines en mineralen te maken die exact hetzelfde zijn als we die vinden in de natuur. Vitamine C bijvoorbeeld. Dit is niet een magisch stofje, maar gewoon een chemische verbinding, namelijk C6H8O6. Dus iets met koolstof, waterstof en zuurstof. Dit is gewoon in de fabriek te maken. Een molecuul is een molecuul. Simpel in te nemen en uiterst goedkoop. Overigens: vitamine C is ook een E-nummer.
Er zit wel chemie in de voeding uit de supermarkt (de bekende E-nummers), maar die zijn niet schadelijk.
Alle vitamines kunnen we nu namaken. Ze zijn net zo gezond. Sommige vitamines zijn zelfs beter op te nemen in ons lijf als we ze in de fabriek maken. Andere vitamines zijn daarentegen weer minder goed op te nemen als we ze zelf maken.
Door fabrieken die een groot deel van onze voeding maken en bewerken, kunnen we nu eenvoudig en goedkoop aan ons eten komen.
In plaats van de schuld van ons overgewicht af te schuiven naar een ander, zoals een fabriek, kunnen we ook dankbaar zijn voor de knappe dingen die ze doen. Dank je wel, fabrieken!
Overgewicht? Neem verantwoordelijkheid!
Fabrieken worden geassocieerd met iets slechts en iets ongezonds.
Het klopt wel dat fabrieken de afgelopen decennia veel suiker, zout en vet in onze voeding hebben gedaan om de verkoop te stimuleren, maar we kunnen er zelf voor kiezen om de meest gezonde keuzes te maken.
We kunnen exact zien op de etiketten wat erin zit en hoeveel suiker, zout en vet erin zit. We kunnen etiketten vergelijken in de supermarkt en op internet. We kunnen de voedingswaarde opzoeken op internet en adviezen vragen van mensen die er geleerd voor hebben (zoals een diëtist, hint hint ;)).
Het wordt ons niet makkelijk gemaakt en verleidingen liggen overal op de loer, maar het is zéker mogelijk om gezond te eten en af te vallen.
Biologisch voedsel: is dat beter?
Mensen die biologisch eten zijn wel gezonder, maar dat komt hoogst waarschijnlijk omdat die al gezonder leefden. Biologisch voedsel op zich is niet gezonder dan niet-biologisch voedsel.
Positief nieuws over biologisch eten komt meestal van wetenschappers die voorstander zijn ervan.
Biologisch voedsel is weliswaar minder bewerkt, maar de hoeveelheid bestrijdingsmiddelen op normaal voedsel zijn zo laag dat we die goed aan kunnen. Bovendien wordt dat heel streng gecontroleerd.
Biologische landbouw is ook niet automatisch duurzamer (beter voor het milieu). Dat komt door de lagere opbrengst en dus is er meer grond en tractorbrandstof nodig.
Het is wel goed dat er door biologisch eten meer aandacht en bewustwording is voor voeding, vooral in verband met overgewicht en dierenwelzijn.
En onbewerkte producten dan?
Met onbewerkte producten wordt bedoeld: vrij van E-nummers of minder E-nummers.
Het is een mythe dat E-nummers ongezond zouden zijn. Ze zijn juist veilig omdat het E-nummers zijn. Ze worden uitvoerig getest.
Toch hoor ik wel eens van klanten dat ze zich beter voelen als ze producten eten zonder E-nummers. Hoe is dat te verklaren? Waarschijnlijk komt dit door het psychologische fenomeen 'selfulfilling prophecy': als je denkt dat iets gaat gebeuren, dan gebeurt het meestal ook. Dus als je denkt dat je je beter gaat voelen van onbewerkte producten, dan gebeurt dat meestal ook. Andersom ook trouwens.
Veel bewerkte producten nemen is inderdaad ongezond, maar dat komt niet vanwege de aanwezigheid of afwezigheid van E-nummers. Producten die erg bewerkt zijn - of ultra processed food - zijn immers de producten die van zichzelf al ongezond zijn, zoals fast food.
Het gaat er dus niet om of een product wel of niet bewerkt is, het gaat om het product zelf dat wel of niet gezond is.
Roomboter, kokosolie, geitenkaas en volle zuivel
Wil je afvallen? Neem zulke producten dan niet. Je maakt het voor jezelf heel moeilijk om nog af te vallen als je dit wel neemt. Je krijgt er zó veel calorieën van binnen, dat het bijna onmogelijk is om een negatieve energiebalans te creëren die je nodig hebt voor het afvallen.
Afvallen doe je door caloriearme producten te nemen die gezond zijn en die goed vullen waardoor je geen hang naar zoetigheid krijgt gedurende de dag.
Wil je gezond eten? De verzadigde vetten in deze producten zorgen ervoor dat je bloedvaten dichtslibben waardoor je een grotere kans hebt op een hartaanval hebt bijvoorbeeld.
Er zijn nooit gezondheid bevorderende effecten gevonden bij producten als roomboter, kokosolie, geitenkaas en volle zuivel. En wij maar hopen dat er een of ander magisch goedje in zit dat heel gezond is. Het komt immers uit de natuur, dus je weet het maar nooit, he.
Waarom eten uit de natuur ongezond is
In de natuur kun je onthaasten. Dat wordt steeds meer gedaan omdat we steeds meer gestrest raken. Het is echter een misverstand dat ‘natuurlijke’ voeding staat voor gezonde voeding.
Sterker nog: er komen veel meldingen van gezondheidsklachten (van kinderen meestal) van het eten van giftige planten of paddenstoelen.
Planten willen niet opgegeten worden en hebben daarom gif. We kennen vaak de echte natuur niet meer en zijn daardoor bang geworden voor pesticiden en E-nummers. E-nummers zijn juist veilig omdat ze goed getest worden.
We kunnen planten eten door ze te bewerken (door ze te koken of door ze genetisch te manipuleren). Voedselplanten hebben daardoor geen wapens meer en daarom moeten we ze beschermen met pesticiden en in kassen.
Druiven lijken bijvoorbeeld ‘natuurlijk’, maar zijn meestal zonder pit (dus zonder voortplanting). Erg onnatuurlijk dus, maar wel gezond.
Koeien zouden dood gaan als ze nu in de open natuur zouden leven. Ze kunnen niet meer vechten. Ook bloemen en huisdieren zijn ontdaan van hun natuurlijke gif of moordlust. Gelukkig maar.
Sierplanten zijn vaak giftig. Ze zitten soms in zogenaamd ‘geneeskrachtige kruiden’, maar het is erg ongezond.
Staat er ‘puur natuurlijk’ op dat potje? Pas dan juist op.
De natuur wil juist niet opgegeten worden en beschermt zichzelf met onder andere gif en stekels.
Is het goed om zo natuurlijk mogelijk te eten?
Als daarmee wordt bedoeld: groente, fruit, granen, mager vlees, magere zuivel, oliën en noten. Ja, dat is zeker gezond. Veel van deze productsoorten passen ook goed in een voedingspatroon om gezond af te vallen.
Echter, als daarmee wordt bedoeld: calorierijke en met verzadigde vetten doorweekte kokosolie, roomboter, geitenkaas en volle zuivel bijvoorbeeld, dan: nee. Er zijn nooit gezondheidsvoordelen gevonden in zulke producten.
Alles komt oorspronkelijk uit de natuur, ook plastic (van aardolie).Als iets een voedingsmiddel als ‘natuurlijk’ wordt aangeprezen, dan is het niet per se gezonder. Wel een heel stuk duurder…
Mijn missie is om mensen gelukkiger te maken. Ik weet uit ervaring hoeveel gelukkiger je wordt als je bent afgevallen en je je gezond en fit voelt.
Andere keuzes in je voeding kunnen ervoor zorgen dat je: gezonder wordt, vet verbrandt, geld bespaart en soms zelfs ook nog lekkerder kunt eten. Eindelijk voedingsadviezen om blij van te worden!
Veel mensen blijven echter hardnekkig geloven in hun eigen overtuigingen, zelfs als er geen enkel wetenschappelijk bewijs voor is en zelfs als het hun weg naar een gezond en fit lijf belemmert. Ze blijven voorstander van natuurlijk eten en zullen fabrieken altijd blijven verfoeien, wat de fabrieken ook doen.
Neem verantwoordelijkheid voor je eigen gedrag, sta open voor nieuwe inzichten en heb de moed om veranderingen door te voeren als je nu ergens ontevreden over bent.
Mocht je toch liever 'zo natuurlijk mogelijk' blijven eten? Dan eet smakelijk met de roomboter, klei, speltbrood, geitenkaas, chiazaad en cocaïne.
Geschreven door: Bob ter Haak – Oprichter MijnVoedingsplan.nl en rebelse diëtist